Atex richtlijn

De ATEX richtlijn is van toepassing op alle op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen. Deze richtlijn is van kracht geworden op 1 maart 1996. Er is een overgangstermijn tot 30 juli 2003. De richtlijn heeft een breed werkingsgebied en omvat naast gasexplosiegevaar ook stofexplosiegevaar.

Sinds 1989 heeft het bedrijfsleven al te maken met een Europese Kaderrichtlijn 89/391/EEG genaamd: “Veiligheid en gezondheid van werknemers op het werk”. In 1999 is deze kaderrichtlijn aangevuld met de 15e richtlijn “Bescherming van werknemers die door explosieve atmosferen gevaar lopen” (1999/92/EG). Deze richtlijn staat beter bekend als ATEX 137.

En is de productrichtlijn 94/9/EG “Apparaten en beveiligingssystemen bedoeld op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen” toegevoegd. Deze laatste wordt veelal aangeduid als ATEX 95.

Tesamen hebben deze twee richtlijnen tot doel om de veiligheid en gezondheid van werknemers in gebieden met explosiegevaar te waarborgen en draagt ATEX 95 bij tot het vrije handelsverkeer binnen de EU voor materieel en beveiligingssystemen die in deze gebieden worden gebruikt.

Definitie ATEX

ATEX staat voor ATmosphères EXplosives. Onder een explosieve atmosfeer wordt verstaan:
een mengsel van brandbare stoffen in de vorm van gassen, dampen, nevels en stof, onder atmosferische omstandigheden, waarin de verbranding zich na ontsteking uitbreidt tot het gehele niet verbrande mengsel.

Waarin atmosferische omstandigheden omgevingscondities zijn waar:
- de druk kan variëren tussen 80kPa en 110kPa,
- de temperatuur varieert tussen –20 en 40 graden Celsius en
- waar het zuurstofgehalte 21 /- 1 % bedraagt.

Oorzaak van een explosie
Een explosie kan ontstaan door de combinatie van drie elementen:
- zuurstof
- een ontstekingsbron en
- een brandstof

Een stof is brandbaar als er een brandbaar gas, nevel of damp uit kan ontstaan.

Brandbaar stof is fijn verdeelde stof die door een opwerveling in lucht een ontplofbaar mengsel kan vormen.

Brandbare vloeistof kan onder bepaalde omstandigheden een brandbaar gas, damp of nevel opleveren.

Brandbare nevel bestaat uit druppeltjes brandbare vloeistof dat zodanig in de lucht verdeeld is dat het een brandbaar mengsel vormt.

Waarom wordt er ook gekeken naar gevolgen van explosies?

Uiteraard zijn preventieve maatregelen het belangrijkste. Preventie tegen explosies is eigenlijk niet anders dan de condities wegnemen die nodig zijn om een explosie te laten aanvangen. Dit wordt bereikt door ervoor zorgen dat er geen ontstekingsbronnen aanwezig zijn en / of er voor te zorgen dat er buiten de bekende explosiegrenzen geen brandbaar gas, damp of stof / luchtmengsel aanwezig is. Ondanks preventieve maatregelen wordt een explosie niet altijd voorkomen. Beheersing van een eventuele explosies zorgt ervoor dat de schadelijke gevolgen tijdens of na een explosie zoveel als mogelijk worden beperkt. Dit voorkomt, naast materiële schade, ook veel menselijk leed.

Wat is het verschil met de “oude” wetgeving?

De hoofdpunten zijn:
* De richtlijn betreft niet alleen het voorkomen maar ook het beperken van schadelijke gevolgen door een explosie.
* De richtlijn is niet alleen van toepassing voor gas-, damp- en nevelontploffingsgevaar maar ook voor stofexplosies.
* Onder de richtlijn valt niet alleen het elektrisch materieel maar ook voor mechanisch, pneumatisch, hydraulisch en overig materieel.
* De overeenstemming was in het verleden optioneel; nationaal afwijkende eisen werden toegestaan. Doordat een (compleet) pakket aan geharmoniseerde normen wordt aangeboden zijn nationale afwijkingen niet meer mogelijk.
* De indeling betreft niet alleen een indeling voor elektrisch materieel in groepen, maar ook een apparatenindeling in groepen en categorieën met verschillende beschermingsniveaus.
* De zone-indeling is vernieuwd (zones 0, 1, 2, 20, 21 en 22).
* De procedure beoordeling werd gedaan door een nationaal erkende instantie. Dit wordt nu gedaan een aangemelde instantie (Notified Body).

Verschil tussen ATEX 95 en ATEX 137

ATEX 95

Is van toepassing op fabrikanten van beveiligingssystemen en apparaten die gebruikt worden op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen. Dit betreft:
- Elektrische apparaten en systemen, maar ook
- niet-elektrische, mechanische en pneumatische, en
- beveiligingssystemen.

ATEX 137

Direct voortvloeiend uit de ”ATEX 137” is de verplichting voor het opstellen van een explosieveiligheids document, bestaande o.a. uit: Identificatie en beoordeling van explosie risico’s. Gevarenzone indeling op grond van frequentie en duur van het optreden van een risicovolle atmosfeer Aangeven wat noodzakelijke maatregelen zijn om tot een veilige werkomgeving te komen. ATEX 137 is van toepassing op werkplekken waar personen werken in een potentieel explosieve omgeving. In Nederland is de ATEX 95 richtlijnen geïmplementeerd via het Besluit explosieveilig materieel, onderdeel uitmakend van de Wet gevaarlijke werktuigen, de ATEX 137 is opgenomen in de ARBO wetgeving.

Voor een overzichtelijke ATEX poster in het Nederlands klik hier